Verklarende Woordenlijst

 

Ah Q

-

Een ‘dom’ personage uit een Chinese roman.

Arhat

-

Iemand met de ‘Vrucht Status’ in de Boeddha School (het laagste niveau in de Voorbij-Drievoudige-Wereld-Fa).

Asura

-

Kwaadaardige geesten.

Bagua

-

Een prehistorische cultivatiemethode in China.

Baihui Punt

-

Een acupunctuurpunt op de top van het hoofd.

Bairi feisheng

-

Een Taoïstische term voor "levitatie in klaar daglicht".

Benti

-

Het fysieke lichaam zowel als de lichamen in andere dimensies.

Bigu

-

"Geen graan"; vasten, een term voor de onthouding van voedsel en water.

Bodhisattva

-

Een Vrucht Status in de Boeddha School net boven Arhat en lager dan Tathagata.

Bodhisattva Avalokitesvara

-

Een van de twee hogere Bodhisattva’s in het Paradijs van Ultieme Gelukzaligheid; bekend voor haar compassie/mededogen.

Caocao

-

Een koning in de drie koninkrijken periode (220 – 265).

Changchun

-

Hoofdstad van de Jilin provincie.

Chi

-

Een Chinese lengtemaat (1/3 meter).

Chongqing

-

De dichtstbevolkte stad in zuidwest China.

Chu-Shi-Jian-Fa

-

Voorbij-Drievoudige-Wereld-Fa, de Drie Rijken van het zonnestelsel.

Dafa

-

Grote Wet.

Da Ji

-

Een kwaadaardige concubine ten tijde van de Shang Dynastie (1765 – 1122 voor onze jaartelling). Men geloofde dat zij bezeten was door een vossengeest en dat zij de val van de Shang Dynastie veroorzaakte.

Dan

-

Energie cluster in het lichaam van een beoefenaar, verzameld uit andere dimensies.

Dan Jing

-

Een cultivatieboek in de Taoïstische School.

Dantian

-

De omgeving van de onderbuik.

De

-

Deugden; een vorm van materie.

Dharma

-

De leer van Boeddha Sakyamuni in het Boeddhisme.

Diamant Sutra

-

Een Boeddhistisch geschrift.

Ding

-

Een staat van lege en toch bewuste geest; concentratie.

Energiekanalen

 

-

In de Chinese geneeskunde worden ze beschouwd als kanalen van Qi die een gecompliceerd netwerk voor energie circulatie vormen.

Fa

-

Wet en principes in de Boeddha School.

Fashen

-

Een lichaam gemaakt van Gong en Fa.

Fengshui

-

Chinese geomantiek; de praktijk van het lezen van landschappen.

Fo Tuo

-

Boeddha in het Chinees.

Fowei

-

De status van Boeddha.

Futi

-

Bezetenheid door geesten of dieren.

Fu Yishi

-

Het nevenbewustzijn, Fu Yuanshen.

Fu Yuanshen

-

Het nevenbewustzijn, Fu Yishi.

Grote Culturele Revolutie

-

Een communistische politieke beweging die traditionele waarden en cultuur afkeurde (1966 – 1976).

Grote Jade Keizer

-

De godheid in de Chinese mythologie die de Drie Rijken controleert.

Grote Lotus Bloem handteken

-

Een handgebaar voor Kai guang.

Gong

-

Cultivatie-energie.

Gongli

-

Energiehoeveelheid of potentie.

Gongshen

-

Een lichaam gemaakt van Gong.

Gongzhu

-

Een energiepilaar die groeit boven het hoofd van een beoefenaar.

Guan

-

Doorgang.

Guanding

-

Het vullen met energie vanaf de top van het hoofd.

Guangdong

-

Een provincie in Zuid-China.

Guangxi

-

Een provincie in Zuid-China.

Guanyin sekte

-

Een cultus genoemd naar Bodhisattva Avalokitesvara, de "Godin van Genade".

Guiyang

-

De hoofdstad van de provincie Guizhou.

Guizhou

-

Een provincie in het zuidwesten van China.

Han

-

China; Chinees.

Han Xin

-

Een bekende generaal tijdens de Han Dynastie (206 – 23 voor onze jaartelling).

Hegu

-

Een acupunctuurpunt op de rug van de hand.

Hetu

-

Een prehistorisch Chinees geschrift over cultivatie. Het is een diagram dat de veranderingen der natuur onthult.

Hinayana

-

Het Klein Vehikel Boeddhisme.

Huangdi Neijing

-

Een oud Chinees boek over cultivatie.

Hua Tuo

-

Een bekende dokter tijdens de periode van het Drievoudig Koninkrijk.

Huiyin

-

Een acupunctuurpunt in het centrum van het perineum.

Hun

-

Voedsel dat verboden is in het Boeddhisme.

I Ching

-

Een oud Chinees boek over cultivatie.

IJzeren Zand palm, Cinnaber Palm,

Vajra Been,

Arhat Voet

-

Technieken uit de Chinese gevechtskunsten.

Jiang Ziya

-

Een personage uit "Titeltoekenning aan de goden" (een Chinese klassieke roman).

Jie

 

-

Een getal dat staat voor honderden miljoenen jaren.

Jigong

-

Een bekende Boeddhistische monnik in de Zuidelijke Song Dynastie (1127 – 1279).

Jinan

-

Hoofdstad van de provincie Shandong.

Juiste Vrucht

-

Het bereiken van de Vrucht Status in de Boeddha School.

Kai Gong

-

Het uiteindelijke bevrijden van de cultivatie-energie, volledige verlichting.

Kaiguang

-

Het ritueel van uitnodiging van een Fashen van een Boeddha naar het portret of beeld van een Boeddha, om aanbeden te worden in de menselijke samenleving.

Karma

-

De zwarte substantie die het gevolg is van het verrichten van slechte daden.

Koningin Wangmu

-

De hoogste vrouwelijke godheid binnen de Drie Rijken, in de Chinese mythologie.

Kowtow

 

-

Ritueel waarbij geknield wordt en vervolgens met het hoofd de grond geraakt wordt als teken van eerbied of verering.

Kungfu

-

Kungfu is in het algemeen bekend als een opsomming van traditionele Chinese gevechtskunsten. In de gemeenschap van cultivatiebeoefenaars heeft het ook de betekenis van de staat die men bereikt heeft in de cultivatiepraktijk.

Lao Zi

-

Stichter van de Chinese Taoïstische cultivatiepraktijk.

Lei Feng

-

Een Chinees idool en moreel voorbeeld in de jaren 60.

Li

-

Een Chinese mijl (0,5 km). 108 000 Li is een algemeen gebruikte uitdrukking om een zeer lange afstand te beschrijven.

Li Shizhen

 

-

Een beroemde dokter tijdens de Ming Dynastie.

Lian Huase

 

-

Een van de tien voornaamste vrouwelijke discipelen van Boeddha Sakyamuni.

Liu Bang

-

Keizer en stichter van de Han Dynastie (206 voor onze jaartelling – 23).

Lu Dongbin

-

Eén van de Acht Godheden in de Taoïstische School.

Lunyu

-

Een uiteenzetting van opmerkingen.

Luoshu

-

Een prehistorisch Chinees geschrift over cultivatie.

Mah Jong

-

Een traditioneel Chinees spel dat door vier personen gespeeld wordt.

Mahayana

-

Het Groot Vehikel Boeddhisme.

Maoyou

-

De scheidingslijn tussen de yin en de yang zijdes van het lichaam.

Melk Wit Lichaam

-

Een gezuiverd lichaam dat geen Qi heeft en Gong kan ontwikkelen.

Ming Dynastie

-

De periode in de Chinese geschiedenis tussen 1368 en 1644.

Mingmen

-

"Levenspoort"; een acupunctuurpunt op de ruggengraat ter hoogte van de onderrug.

Mo Ding

-

Het aanraken van de top van het hoofd.

Mujianlian

-

Eén van de tien voornaamste discipelen van Boeddha Sakyamuni.

Nanjing

-

Hoofdstad van de Jiangsu provincie.

Nirvana

-

(Uit het Sanskriet) het verlaten van de menselijke wereld zonder dit fysieke lichaam, de methode van het voltooien van cultivatie in de school van Boeddha Sakyamuni.

Niwan Paleis

-

De Taoïstische term voor de pijnappelklier.

Pangmen Zuodao

-

De zijdelingse en stuntelige weg.

     

Periode van het Einde van de Dharma

-

Volgens Boeddha Sakyamuni begint de Periode van het Einde van de Dharma 500 jaar na zijn overlijden, en daarna zou zijn Dharma niet langer redding kunnen bieden.

Qiankun

-

"Hemel en aarde".

Qianmen

-

Eén van de belangrijkste winkelbuurten in Beijing.

Qiao

-

Opening.

Qigong

-

Een moderne term voor de traditionele cultivatiepraktijk die qi of "vitale energie" cultiveert.

Qiji

-

Het energiemechanisme.

Qimen School

-

De onconventionele cultivatiewijzen.

Qingdao

-

Een havenstad in de Shangdong provincie.

Qin Hui

-

Een kwaadaardige eerste minister tijdens de Song Dynastie (1127 – 1279).

Qiqihar

-

Een stad in Noordoost China.

Ren

-

Volhardendheid, tolerantie.

Sakyamuni

-

De historische Boeddha, Guatama Siddharta.

Samadhi

-

Meditatie in trance.

Samsara

-

Het zesvoudige pad van reïncarnatie in het Boeddhisme (door reïncarnatie kan men een mens, een dier, een plant, of een andere vorm van materie worden).

Sanhua Juding

-

De Drie bloemen die verzameld zijn boven iemands hoofd, een staat die men bereikt in een bepaald stadium van cultivatie.

Sarira

-

Relikwieën van een monnik na crematie.

Shan

-

Vriendelijkheid, goedheid, welwillendheid, compassie/ mededogen.

Shangen Punt

-

Een acupunctuurpunt tussen de wenkbrauwen.

Shen Gongbao

-

Een jaloers personage in "Titeltoekenning aan de goden".

Shenxian Zhuan

-

Een Biografie van Taoïstische Godheden.

Shenxiu

-

De stichter van de noordelijke school van het Zen Boeddhisme.

Shi Jian Fa

-

Fa; binnen de Drie Rijken. Het Boeddhisme stelt dat men door samsara moet gaan als men de Drievoudige-Wereld-Fa of de Drie Rijken niet overstegen heeft.

Shichen

-

Een Chinese tijdseenheid (twee uur).

Shishen

-

Zhu Yuanshen; hoofdbewustzijn.

Suming Tong

-

Toekomst voorspellen en herkennen van het verleden.

Sun Simiao

-

Een bekende dokter tijdens de Tang Dynastie.

Sun Wukong

-

De apenkoning in een klassieke Chinese roman.

Swastika

-

"Wiel van licht" van het Sanskriet. Het symbool is meer dan 2500 jaar oud en is teruggevonden bij culturele overblijfselen in Griekenland, Peru, India, en China. Gedurende eeuwen werd het in verband gebracht met voorspoed, vertegenwoordigde het de zon, en werd het als positief beschouwd.

Taichi, Taiji

-

Een Taoïstische cultivatietechniek in China.

Tevens een benaming voor het Yin-Yang symbool van de Taoïstische School.

Taiyuan

-

Hoofdstad van de Shangxi provincie.

Tang Dynastie

-

Periode in de Chinese geschiedenis (618 – 907).

Tantrisme

-

Een geheime cultivatietechniek/praktijk in het Boeddhisme.

Tanzhong

-

Een acupunctuurpunt op de middenlijn vooraan de borst.

Tao

-

De Weg, of de weg van het universum in de Taoïstische School.

Tao Tsang

-

Een cultivatieboek in de Taoïstische School.

Tathagata

-

Een verlichte met Vrucht Status in de Boeddha School, dat boven het niveau van Bodhisattva en Arhat is.

Tian

-

Veld.

Tian An Men

-

De Poort van Hemelse Vrede in Peking.

Tianmu

-

Het derde oog.

Tianzi Zhuang

-

Een vorm van staande oefening.

Vijf elementen

-

Metaal, hout, water, vuur, en aarde.

Vrucht Status

-

Het door de beoefenaar bereikte niveau in de School van Boeddha; Bijvoorbeeld: Arhat, Bodhisattva, Tathagata, enz.

Wereld van tien richtingen

-

Een Boeddhistische opvatting van het universum.

Wuhan

-

Hoofdstad van de Hubei provincie.

Wushu Qigong

-

Qigong van de gevechtskunsten.

Wuwei

-

"Niet- actie"; "zonder intentie".

Xinjiang

-

Een provincie in het noordwesten van China.

Xingming Guizhi

-

Een oud Chinees cultivatieboek.

Xinxing

-

De aard van de geest; morele kwaliteit.

Xiu Kou

-

De cultivatie van het spreken.

Xuanguan Shewei

-

Het plaatsen van de mysterieuze doorgang.

Xuanguan Yiqiao

-

De ene opening van de mysterieuze doorgang.

Yin en Yang

-

De Taoïstische School gelooft dat alles de tegengestelde krachten yin en yang bevat die elkaar uitsluiten, en toch onderling afhankelijk zijn, bijvoorbeeld vrouwelijk (yin) versus mannelijk (yang).

Yinghai

-

Het gecultiveerde kind.

Yuan

-

De Chinese munteenheid (1 yuan = ongeveer 4 fr. of 0,20 gulden).

Yuanshen

-

De ware geest.

Yuanying

-

Het oorspronkelijke kind; het onsterfelijke kind.

Yuzhen

-

Een acupunctuurpunt onderaan het achterhoofd.

Zhang Guolao

-

Een godheid in de Taoïstische School.

Zhang

-

Een Chinese meter.

Zhen

-

Waarheid, waarachtigheid.

Zhen-Shan-Ren

-

Waarheid, mededogen, verdraagzaamheid.

Zhouyi

-

Een oud Chinees cultivatie en orakelboek.

Zhu Yishi

-

Het hoofdbewustzijn.

Zhu Yuanshen

-

Het hoofdbewustzijn.

Zhuyou Ke

-

De techniek van het smeken of nederig verzoeken.

Zuiver Wit Lichaam

-

Een transparant lichaam op het hoogste niveau van Shi-Jian-Fa.